NEN 5077

De NEN 5077 is een norm waarin de bepalingsmethoden voor de toetsing van geluidseisen voor gebouwen vastgelegd zijn. De volledige titel van de norm is: “Geluidwering in gebouwen – Bepalingsmethoden voor de grootheden voor geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies, luchtgeluidisolatie, contactgeluidisolatie, geluidniveaus veroorzaakt door installaties en nagalmtijd.”

De norm is alleen een bepalingsmethode, ofwel de norm geeft aan hoe er gemeten en gerekend moet worden. De eisen voor de geluidswering staan onder meer vermeld in het Bouwbesluit.

De nieuwste versie van de NEN 5077 van 2006 met correctieblad C3 van 2012 is in overeenstemming met de Europese Richtlijn Bouwproducten. De norm geeft bepalingsmethoden voor grootheden voor:

  1.  Geluidwering van uitwendige scheidingsconstructies van een ruimte of gebouw;
  2.  Luchtgeluidisolatie tussen ruimten in een gebouw of tussen ruimten van twee gebouwen;
  3.  Contactgeluidisolatie tussen ruimten in een gebouw of tussen ruimten van twee gebouwen;
  4.  Geluidniveaus in ruimten van een gebouw veroorzaakt door in werking zijnde installaties;
  5.  Nagalmtijd in een ruimte in een gebouw.

Ad 1: Luchtgeluid is geluid, dat zich door de lucht verplaatst, bijvoorbeeld wanneer twee mensen
met elkaar praten. De luchtgeluidsisolatie van een gevel wordt gemeten met behulp van een ruisbron. De ruisbron veroorzaakt een bepaald geluidsniveau voor de gevel. Daarbij wordt gemeten voor de gevel en in het ontvangvertrek. Uit het verschil tussen de beide gemiddelde geluidsniveaus, en eventuele correcties voor oppervlak of nagalmtijd, wordt de isolatie worden berekend.

Ad 2: De luchtgeluidsisolatie tussen ruimten wordt gemeten met behulp van één of twee ruisbronnen. De ruisbron veroorzaakt in het zendvertrek een bepaald geluidsniveau. Vervolgens wordt gemeten in het zendvertrek en in het ontvangvertrek. Uit het verschil tussen de beide gemiddelde geluidsniveaus, en diverse correcties voor oppervlak of nagalmtijd, wordt de isolatie worden berekend.

Ad 3: Contactgeluid is geluid, dat ontstaat door een contact, zoals bijvoorbeeld lopen over een harde vloer. Dat geluid wordt dan door de constructie overgedragen, zodat het hoorbaar is in een andere ruimte. Het contactgeluid wordt gemeten met behulp van een contactgeluidgenerator, ook wel genoemd een hamerapparaat.

Met dit apparaat wordt op de vloer “gehamerd”: kleine hamertjes met een gewicht van 500 gram vallen daarbij vanaf een hoogte van 4 centimeter op de vloer, en dat met 5 hamertjes met in totaal 10 keer per seconde. In het ontvangvertrek wordt dan het geluidsniveau gemeten, hieruit kan het genormeerde contactgeluid worden berekend. Het gaat in feite niet om een isolatie, maar om een maximaal contactgeluidsniveau.

Ad 4: De installaties in een woonruimte kunnen gemeten worden volgens een bepaald protocol, afhankelijk van de installatie. Een installatie kan zijn een toilet met waterspoeling, een kraan, een lift, of een mechanisch ventilatiesysteem.

Ad 5: De nagalmtijd is de tijd waarin het geluid met 60 dB afneemt. Dit kan gemeten worden door een ruisbron plotseling uit te schakelen. In een ruimte met een lange nagalmtijd blijft het geluid langer “hangen” maar is het geluidsniveau ook hoger.

De nagalmtijd wordt volgens de norm gebruikt om te corrigeren voor de eigenschappen van de ruimte naar een standaard ruimte. Anders gezegd, er wordt gecorrigeerd naar een waarde voor de nagalmtijd van 0.5 seconde. Wanneer de gemeten nagalmtijd 1 seconde bedraagt, dan wordt het geluidsniveau in die betreffende ruimte gecorrigeerd met 3 dB. De normwaarde wordt min of meer onafhankelijk gemaakt van de eigenschappen van de ontvangruimte zelf, het gaat immers om bijvoorbeeld de isolatie van de scheidingswand.